Stress: hoe werkt dat eigenlijk? | Wrap-up cultuurevent met Thijs Launspach
Het klinkt misschien raar, maar stress is zo gek nog niet. Als de druk op de ketel te laag is, komt er vaak weinig terecht van je werk. Maar het probleem is dat die druk meestal te hoog is. Hoe vind je de juiste balans? Psycholoog Thijs Launspach legde het piekfijn uit op het afgelopen cultuurevent van Westerduin. Hier lees je onze wrap-up.
In de basis is stress een reactie van je lichaam op een noodsituatie. En daar doen we al millennialang ons voordeel mee. Er komt een tijger om de hoek en je schiet meteen in de alarmstand: vechten, vluchten of bevriezen? Superhandig: als je eerst rustig de opties overweegt, ben je al opgegeten.
Het probleem is dat dit systeem in ons huidige leven te vaak aanslaat. Bij veel mensen wordt het continu getriggerd door allerlei ‘noodsituaties’: van een veeleisende baas tot een overvolle mailbox. Maar je lijf is niet gebouwd voor aanhoudende stress. Je kunt er letterlijk ziek van worden.
Stress in 3 categorieën
Stress is niet alleen wérkstress. Ook in je privésituatie kan er veel over je heen komen.
Je kunt je totale stress opdelen in drie categorieën:
- ACUTE STRESSOREN
Een keukenbrandje, een telefoontje dat iemand overleden is, je auto die in een slip raakt. Acute stress slaat in een vingerknip toe.
- WERKGERELATEERDE STRESSOREN
Er is een eindeloze stroom van werkdingen die stress kunnen veroorzaken: deadlines, to-dolists, een lastig gesprek met collega’s, de wifi die plotseling uitvalt, en dat rapport dat toch echt af moet.
- LEVENSSTRESSOREN
De allergrootste stressfactoren in je leven raken vaak aan je privé. In de top tien: een verhuizing, een relatiebreuk, het overlijden van een naaste. En ja: ook het krijgen van een kind – hoe leuk ook – kan heel stressvol zijn.
De kunst bij stress is vooral:
• een gezonde spanning gebruiken om in actie te komen in werk en privé.
• een ongezonde (over)spanning voorkomen.
Hoe vind je de goede balans?
Dat zie je in de bijgaande figuur, over de verhouding tussen stress en prestatie. We bespreken ’m nu vanuit werkperspectief.
Als er té weinig spanning is in je werk wordt het saai. Je zit dan links in de figuur: je verveelt je en met een beetje pech raffel je het werk maar af omdat er niks aan is. Als je lang op een te laag niveau werkt, kun je zelfs last krijgen van een bore-out: stress van de verveling.
Om lekker te werken heb je dus een bepaalde – gezonde – spanning nodig. Het gevoel dat je werk ertoe doet, dat er iets op het spel staat. Dan raak je gefocust. Je hebt zin om de uitdaging aan te gaan en duikt er vol in. Je raakt in de flow: de perfecte balans tussen je taak en jouw skills die daarop aansluiten.
Teveel spanning
Maar als de spanning té hoog oploopt, gaat het bergafwaarts met je gevoel en je resultaten. Of het nu de deadlines zijn, de verwachtingen van anderen of van jezelf, of de moeilijkheid van de klus: het is te veel. Je raakt sneller geïrriteerd, uitgeput, boos, en krijgt steeds minder voor elkaar. Als dat te lang duurt, kun je zelfs een burn-out krijgen.
Je helpt jezelf dus enorm door bij de rode zone weg te blijven. Maar kun je zien aankomen dat je over de grens gaat? Het goede nieuws: ja. Volg ons op LinkedIn voor verdere inhoudelijke posts over dit onderwerp!